Whatsapp Facebook LinkedIn Instagram RSS feed

Ginkgo: een levende fossiel, maar tegelijk ook toekomstboom

ARTIKEL
SORTIMENT
Facebook Linkedin Whatsapp
Ronald Houtman, donderdag 6 november 2025
358 sec


Een breed toepasbare boom of struik

Ginkgo is zo'n boom die, net als berk en zomereik, ook bij het grote publiek bekendheid geniet. De opvallende bladvorm, karakteristieke kroonvorm en wat mysterieuze uitstraling zijn hier voor een groot deel verantwoordelijk voor. Ook in de medische (homeopathische) wereld heeft Ginkgo een vaste plaats veroverd. Maar het is natuurlijk ook gewoon een breed toepasbare boom of struik en bovendien een toekomstboom.

Ginkgo biloba
Ginkgo biloba

Ginkgo biloba is de enige vertegenwoordiger van de familie van de Ginkgoaceae. De classificatie is altijd wat lastig. Ginkgo behoort weliswaar tot de naaktzadigen, maar het is geen conifeer. Allereerst vormt Ginkgo geen kegels (conifera betekent 'kegeldragend'). Ook bestaan de bladeren van Ginkgo niet uit aan elkaar gegroeide naalden, maar zijn de fijne lijnen in de bladeren vaatbundels. Daarnaast zijn er nog drie meer diepgaand biologische redenen waarom Ginkgo geen conifeer is. Toch wordt Ginkgo in boeken en sortimentslijsten gewoonlijk bij de coniferen geplaatst, voornamelijk vanwege het feit dat de boom ook tot de naaktzadigen behoort, net als de coniferen.
De Nederlandse naam voor Ginkgo is ... ginkgo. Soms wordt de boom Japanse notenboom genoemd, maar volgens de Standaardlijst Nederlandse namen van cultuurplanten (Naktuinbouw et al.) is 'ginkgo' de voorkeursnaam. Best logisch eigenlijk, want Ginkgo heeft geen enkele verwantschap met noten (Juglans).


Levend fossiel

Ginkgo's zijn al miljoenen jaren op aarde. Ruim 200 miljoen jaar geleden waren er meerdere soorten Ginkgo, met een groot verspreidingsgebied op de wereld. Na meerdere pleistocene ijstijden (tussen 2 miljoen en 1 miljoen jaar geleden) stierven de meeste soorten uit. Die zijn dus alleen nog van fossielen bekend. Alleen G. biloba overleefde deze periode. Tegenwoordig komt Ginkgo van nature voor in China, Korea en Japan. De soort wordt niet alleen als laanboom en tuinplant toegepast; het is ook een heilige tempelboom. In het wild is Ginkgo overigens zeer zeldzaam; het gebruik als tempelboom heeft de plant in het verleden hoogstwaarschijnlijk van uitsterving gered.
Hoewel er dus maar één soort is, zijn er inmiddels zo'n 200 cultivars bekend. De meeste hiervan zijn slechts bij verzamelaars bekend, maar verschillende hiervan zijn goede tuinplanten en park- of straatbomen.


De bekendste toepassing van Ginkgo is als laanboom

Ginkgo biloba

Dit is een grote boom, die gemakkelijk 20-25 m of hoger (tot 35 m) kan worden. Aanvankelijk groeit de boom smal piramidaal, met vrij steil opgaande gesteltakken. Maar doordat de secundaire zijtakken behoorlijk horizontaal afstaan, wordt de plant later breder. De kroon is open en wordt pas op latere leeftijd dichter. De bast is grijsbruin, aanvankelijk vrij glad tot ondiep gegroefd, maar bij oudere bomen diep gegroefd.
De bladeren zijn het meest typische kenmerk van G. biloba. Ze hebben de kenmerkende waaiervorm, met ondiepe groeven (vaatbundels) die vanuit één punt aan de bladsteel naar de top groeien. De bladeren groeien aan langloten en aan kortloten; die aan langloten zijn groter en dieper ingesneden. De fris dof (donker)groene bladeren zijn tot 10 cm lang en tot 8 cm breed. Voordat de bladeren in de herfst afvallen, kunnen ze prachtige goudgele herfstkleuren krijgen. Dit is overigens niet gegarandeerd; omdat de soort gewoonlijk uit zaad wordt gekweekt, is er steeds een (kleine) variatie, dus ook in herfstkleuren.
G. biloba is tweehuizig, wat inhoudt dat mannelijke en vrouwelijke bloemen op verschillende bomen verschijnen. De bloei stelt trouwens niet veel voor. De mannelijke bloei bestaat uit kleine, groene katjes. De vrouwelijke bloemen zijn zo mogelijk nog onopvallender. Op korte steeltjes staan steeds kleine groene, uivormige structuren. Na bestuiving groeien deze uit tot bleek groengele tot bleek zalmkleurig oranje vruchten, die het meest lijken op kleine pruimen. Het vruchtvlees geurt onaangenaam en in het midden van de vrucht zit een nootje. In China, Korea en Japan worden de vruchten, gewoonlijk gefrituurd of gebakken, als een delicatesse beschouwd.
Ondanks diverse theorieën is aan niet-bloeiende bomen niet te zien of het mannelijke of vrouwelijke exemplaren zijn. Bij diverse cultivars is het geslacht wel bekend en kunnen keuzen mede hierop worden gebaseerd.


Ginkgo biloba
Ginkgo biloba

Laan- en parkboom

De bekendste toepassing van Ginkgo is als laanboom. Gelukkig wint de boom nog steeds aan populariteit bij overheden en groendiensten. Vooral de slanker groeiende cultivars zijn populair - wat logisch is, omdat ze ook in smalle(re) profielen toegepast kunnen worden. De voordelen zijn duidelijk.
Allereerst is G. biloba een gezonde soort die op iedere bodem groeit en niet of nauwelijks last heeft van aantasting door ziekten en plagen. Bovendien is G. biloba windbestendig, bestand tegen luchtvervuiling en hittetolerant. De boom kan ook in verharding worden geplant, hoewel de tolerantie voor strooizout matig is. En als laatste: de boom heeft weinig onderhoud nodig en indien noodzakelijk verdraagt de boom snoei goed. Het is dus feitelijk een toekomstboom. Een discussiepunt kan wel zijn dat het geen inheemse boom is, maar ook ecologen zullen eraan moeten wennen dat een gevarieerde, toekomstbestendige beplanting niet zonder exoten kan. En bij G. biloba is er geen kans op ongewenste verspreiding, dus de kans dat Ginkgo invasief wordt is nihil.
Wat wel een nadeel kan zijn, is dat vrouwelijke bomen op den duur vruchten zullen gaan dragen. Deze vallen van de bomen en kunnen overlast veroorzaken door het pulpachtige vruchtvlees en de onaangename lucht die ze verspreiden. Meestal duurt het zo'n 30 jaar voordat de bomen gaan bloeien (en dus bekend wordt of het mannelijke of vrouwelijke bomen zijn). Maar door te kiezen voor een mannelijke cultivar wordt voorkomen dat er (stank)overlast ontstaat na bloei.
Ginkgo is dan wel windbestendig, maar zeewind wordt minder goed verdragen, evenals een langdurig te natte bodem. Dit maakt Ginkgo iets minder geschikt om bijvoorbeeld in kuststreken aan te planten.
Nog steeds wordt G. biloba als soort het meest toegepast. Kiezen voor de soort heeft als voordelen dat de bomen (iets) goedkoper zijn dan vegetatief vermeerderde cultivars en dat er natuurlijke variatie in een beplanting te zien is. Dezelfde variatie kan ook een nadeel zijn, omdat de bomen minder uniform groeien. Ook is het bij gebruik van zaailingen niet bekend of de bomen mannelijk of vrouwelijk zijn.
'Autumn Gold' is een mannelijke cultivar met een regelmatige, breed piramidale groeiwijze. De boom werd mede geselecteerd vanwege de goede goudgele herfstkleuren.
Ze werden al even genoemd, maar er is een aantal slanker opgaand groeiende cultivars. Deze groeien, zeker op jonge leeftijd, zuilvormig. 'Fastigiata' is een oude, zuilvormig groeiende cultivar, hoewel er af en toe meer spreidend groeiende takken gevormd kunnen worden. De boom is mannelijk en zal dus geen vruchten vormen.
De Duitse cultivar 'Tremonia' (de Latijnse naam van Dortmund) groeit aanvankelijk slank opgaand, maar zal later een smal ovale kroonvorm aannemen. Het is een mannelijke cultivar, die dus geen vruchten produceert.
Ook mannelijk, met een veel regelmatigere en wat dichtere zuilvorm, is 'Princeton Sentry'. Samen met 'Blagon' (FASTIGIATA BLAGON), die iets compacter groeit, is dit wellicht de beste opgaand groeiende cultivar.


Nog steeds wordt G. biloba als soort het meest toegepast

Nog smaller

Dat het nog smaller kan, bewijzen 'Menhir' en 'Obelisk'. Deze twee cultivars groeien zeer slank zuilvormig. Het blad van 'Menhir' is iets stugger en heeft een meer blauwgroene weerschijn dan dat van 'Obelisk'. Het geeft de plant een wat voller uiterlijk. Het is niet bekend of 'Menhir' mannelijk of vrouwelijk is, maar 'Obelisk' is in ieder geval een vrouwelijke cultivar, die op den duur dus vruchten kan produceren. De zeer slanke zuilvorm maakt deze twee cultivars niet alleen geschikt voor toepassing in de openbare ruimte, maar ook voor (kleinere) tuinen.


Ginkgo biloba Horizontalis
Ginkgo biloba Horizontalis

Tuinen

Breder groeiende cultivars zijn er natuurlijk ook. 'David' is een vrij dicht vertakte, opgaand groeiende boom met een wat minder strakke habitus. De boom is erg sierlijk en door de dichte vertakking is de sierwaarde voor tuinbezitters groter.
Veel breder is 'Horizontalis'. Deze plant, vaak op een half- of hoogstam geënt, is onmiskenbaar. De takken staan vrijwel horizontaal af van de stam, hoewel er soms meer opgaand groeiende takken worden gevormd. Vanwege deze zeer brede groei heeft 'Horizontalis' veel ruimte nodig. Maar door de zeer transparante kroon kunnen er goed planten onder worden geplant. Kies dan voor vaste planten of lage heesters die enige schaduw verdragen. 'Horizontalis' heeft een goudgele herfstkleur.
Minder horizontaal groeiend, maar ook zeker geen bolvorm is 'Mariken'. Deze cultivar werd door Pierre Theunissen als heksenbezem ontdekt in het Kronenburgerpark in Nijmegen. De plant groeit compact afgeplat bolvormig. De takken zijn relatief dicht en de bladeren staan dicht opeen. De plant, gewoonlijk op een half- of hoogstam geënt, krijgt hierdoor een mooie dichte kroon. Uiteraard kan 'Mariken' ook als struik worden gekweekt.
Dat geldt ook voor de nog compacter dan 'Mariken' groeiende 'Troll'. Deze plant is daarmee ook geschikt voor toepassing in kleinere tuinen. Oudere planten worden ruim 1 m hoog en ongeveer 2 m breed.


Ginkgo biloba Beijing Gold
Ginkgo biloba Beijing Gold

Bontbladig en geelbladig

Het zou vreemd zijn als er binnen de 200 cultivars geen geel- of bontbladige bestaan. Een geelbladige is er in de vorm van 'Beijing Gold'. Deze breed opgaand groeiende cultivar van Chinese origine heeft helder groengeel jong blad, dat later in de zomer iets meer groen wordt. De herfstkleur is wederom geel.
Ook is er een aantal bontbladige cultivars. Bij loofhoutgewassen heeft bont steeds betrekking op een anders gekleurde rand of centrum van het blad. Ook zijn sommige planten vlekkerig bont of zijn alleen de nerven anders gekleurd. Dit laatste is eigenlijk het geval bij bontbladige Ginkgo's. De nerven, dat zijn dus de 'ribbels' die van de waaiervormige bladtop naar de bladsteel lopen, zijn afwisselend groen en wit tot geel gekleurd. Het zijn liefhebbersplanten, maar wie van bonte planten houdt zal het erg mooi vinden. Helaas hebben ook bontbladige Ginkgo's de neiging om groenbladige scheuten te vormen. Natuurlijk is 'Variegata' het meest voor de hand liggend als het om bontbladige G. biloba gaat. De jonge bladeren zijn roomkleurig bont, maar later in de zomer wordt dit witbont. 'Pevé Lobo' is een andere bontbladige Ginkgo, met wat groter en geelbont blad.


Ginkgo biloba Tubifolia
Ginkgo biloba Tubifolia

Afwijkende bladvormen

De waaiervormige bladeren zijn karakteristiek voor Ginkgo en geven de boom zijn onmiskenbare uiterlijk. Maar ook hierop zijn in de loop de eeuwen variaties ontstaan. Twee bekende cultivars zijn 'Saratoga' en 'Tubifolia'. Beide zijn breed opgaand groeiende struiken tot kleine bomen, waarbij 'Saratoga' veel dichter is vertakt dan 'Tubifolia'. Dit wordt versterkt door de grotere bladeren (dus meer bladoppervlak) van 'Saratoga'. De bladeren zijn niet waaiervormig, maar in het midden zijn ze vanaf de top richting de basis diep ingesneden, soms tot de helft van het blad en soms vrijwel tot aan de basis. De bladeren van 'Saratoga' zijn dus steeds tweelobbig. En laat dat nu net zijn wat biloba betekent!
Bij 'Tubifolia' zijn de bladeren juist helemaal niet ingesneden. Sterker nog, twee bladeren zijn steeds deels of geheel met de bladranden aan elkaar gegroeid. Hierdoor lijken het steeds kleine bekertjes. 'Tubifolia' betekent dan ook 'buisvormig blad'.


Ginkgo is dus een overbekende boom, waarvan de verschillende cultivars voor diverse doeleinden kunnen worden gebruikt. Dit maakt Ginkgo uiterst veelzijdig: als stadsboom, laanboom, parkboom, solitair in tuinen en voor kleine tuinen. En over variatie in kroonvormen, bladvormen en bladkleuren hoeven we ook niet in te zitten.


Ronald Houtman
Ronald Houtman
LOGIN   met je e-mailadres om te reageren.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel
bestel tijdschrift
tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
AGENDA
Agribex 2025
woensdag 3 december 2025
t/m zondag 7 december 2025
De Groene Sector Vakbeurs 2026
dinsdag 13 januari 2026
t/m donderdag 15 januari 2026
Leve de Tuin Festival in Den Bosch
vrijdag 27 februari 2026
t/m zondag 1 maart 2026

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
Green Industry Profile
Webshop
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER