'Berm- en natuurterreinbeheer kun je niet meer overlaten aan iemand die alleen weet hoe je een trekker bedient' |
|
|
|
|
| 291 sec |
Greenfluencer-genomineerde Jaap Mekel belichaamt de vakman achter ecologisch berm- en natuurbeheer
Greenfluencer-genomineerde Jaap Mekel is al eens in de prijzen gevallen met het winnen van de BovensteBeste Bermbeheerder-award. Mekel focust zich op kleinschalig en gefaseerd maaien. Daarbij maait hij alle vegetatietypes en met bijvoorbeeld de nat-drooggradiënt mee. Maaisel wordt afgevoerd. 'Niet alles in een keer wegmaaien, want maaien is vernielen en zo veel mogelijk plant- en diersoorten moeten hun kans krijgen.'
Mekel genereert graag zo veel mogelijk aandacht voor zijn nominatie als greenfluencer. Niet voor zichzelf als persoon, maar om zijn kennis over het kleinschalig en gefaseerd maaien zo breed mogelijk te kunnen verspreiden. 'Mijn naam mag je vergeten, maar het liefste zie ik wel dat zo veel mogelijk mensen, particulieren maar ook gemeenten en aannemers, gaan maaien zoals ik.'
Natuurbeheerbedrijven
In 1981 maaide Mekel voor het eerst gefaseerd en kleinschalig. De Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie (NJN) beheerde een klein terrein in Hilversum; Mekel was lid.
'Dat mochten we maaien. Maar zo'n drie keer per week hielden we excursies en dan keken we ook op dit terrein onder andere naar libellen, zweefvliegen en vlinders. Als we er in augustus of september maaiden, stonden er nog planten in bloei. We wilden dan niet alles maaien, anders konden we er tijdens een latere excursie dat jaar geen zweefvliegen en vlinders vinden.' Mekel begon te zien welke soorten er na de zomer nog bloeiden, maar kreeg ook een scherp oog voor de fauna eromheen. 'Dan zag ik ineens een nestje van de dwergmuis onder een nog bloeiende plant.'
Kennisuitbouw door het werk met grote grazers
Dit bewustzijn nam Mekel in al zijn latere natuurbeheerwerk mee. Ook naar Ecoplan Natuurontwikkeling, waar hij in 1994 kwam te werken met grote grazers. Op basis van zijn ingeslagen pad bouwde Mekel zijn kennis uit. 'Zo nam ik waar dat paarden een latrinesysteem hebben: ze doen hun behoeften op plekken waar ze weinig eten. Ik realiseerde me dat op die plekken waar de paarden niet grazen/maaien, al die verschillende plantensoorten zich hebben ontwikkeld, zijn geëvolueerd. Deze omstandigheden wilde ik nabootsen in het maaibeheer.'
Puur passie
In 2001 stootte Ecoplan Natuurbeheer zijn uitvoerende bedrijfstak af en ontfermden Mekel en zijn vrouw Dorien zich hierover. Dit eerste natuurbeheerbedrijf dat zij runden, bevatte zo'n vijfhonderd grote grazers over heel Nederland. In 2011 wilde het echtpaar wat gas terugnemen en werd dit bedrijf, waarvan de veestapel inmiddels was gegroeid tot duizend grazers, verkocht. Met het huidige natuurbeheerbedrijf doet Mekel hetzelfde werk, maar op kleinere schaal. De bedoeling is twee dagen in de week, maar Mekel kan zijn passie niet goed bij twee dagen laten.
|
'Door het tekort aan biodiversiteit kunnen we niet meer om kleinschalig, gefaseerd maaien heen'
| |
|
Verschralen in het voorjaar: ook meer licht voor biodiversiteit
Mekel staat nooit stil in zijn ontwikkeling. Een paar jaar geleden nog kwam hij tot een verfijning van zijn verschraalmethode, nu via een gangbaar boereninzicht. 'De boeren willen zo veel mogelijk gras van de eerste snee winnen, want daar zit de meeste voeding in. Dat doen zij door in mei te maaien om hooi te winnen. Vanaf 2018 maai ik, net zoals die boeren, in mei. Tegenwoordig staat overal eind april, begin mei al twintig centimeter gras. Dit voedselrijke gras voer ik af.'
Bijkomend voordeel van vroeg afmaaien is dat opkomende kiemplantjes van bijzondere soorten, zoals koekoeksbloem, kunnen opkomen. Onder een vracht aan hoog, dicht gras zouden zij geen kans maken in de concurrentie om licht.
Najaar: gefaseerd maaien
In september zet Mekel zijn methode van kleinschalig en gefaseerd maaien volop in. Dat doet hij in patronen, wat zorgt voor korte en lange vegetatie naast elkaar. Hij maait daarbij delen van alle terreintypen, ook binnen natte en droge zones (gradiënten). Er komt bij een verfijnd maaibeheer, waarbij zeldzame soorten blijven staan, dus veel meer kijken dan men vaak denkt. 'Als ik in een veld vol met orchidee ineens een pluk brandnetel zie staan, laat ik die brandnetel staan. Want dat vormt de variatie op dat stuk.'
'Natuur- en bermbeheerders hebben nooit genoeg stilgestaan bij het belang van genoeg stukken vegetatie laten staan in het najaar. Ook in het beheer van kleinschalig landschap met heggen en hooilandjes zie ik dit nog nauwelijks; alles wordt in september afgemaaid. Dat is feitelijk schokbeheer, want daarmee verdwijnen schuilplekken, wintervoer en soorten die in het voorjaar weer willen opkomen.'
Er wordt wel eens geroepen dat die bijzondere soorten sowieso opkomen. Daar kan Mekel zich over opwinden: 'Het is juist andersom: als er óndanks dit schokbeheer toch nog iets bijzonders, zoals orchidee, doorkomt, kun je wel nagaan wat er allemaal aan soorten opkomt door kleinschalig en gefaseerd maaien. Bij geen enkele maaibeurt maai ik meer dan vijftig procent. Ik beheer bovendien niet alleen maar voor soorten die er voorkomen, maar ook voor soorten die het natuurterrein of de berm geschikt vinden om zich er voor het eerst te vestigen. Dit omdenken wordt onder berm- en natuurbeheerders nog te weinig gedaan.'
's Zomers maaien voor een tweede bloei
Tussen mei en september gaat Mekel in de zomer ook nog maaien. Zeker in bloemrijke terreinen, zoals met veel wilde peen, boerenwormkruid en klaver, maait hij bloemen af. Maait hij daarmee niet het voedsel voor de bijen af? Mekel schudt zijn hoofd. 'Deze planten gaan dan nog proberen om een tweede keer te bloeien. Die natuurterreinen zien er tot in september of zelfs oktober nog uit alsof het voorjaar is. Daarmee verleng je de voedselaanvoer voor insecten, met name voor hommelkoninginnen, zweefvliegen en inheemse bijen, zoals kattenstaartdikpoot, die in die periode haast nergens meer nectar en voeding kunnen vinden omdat vrijwel alles in de nazomer is gemaaid. Want hoe zou het toch komen dat er zo weinig bijen zijn? Mede doordat er aan het einde van de zomer nergens meer nectar en stuifmeel voor ze te vinden is; alles is gemaaid. Ik denk wel eens vol medelijden, als ik een hommelkoningin zie vliegen: meid, waar moet jij de winter op doorkomen? Kortom, in alle stukken die je in de zomer maait en in september laat staan, kunnen de insecten in het najaar nog terecht.'
|
'Als ik een hommelkoningin zie vliegen, denk ik vol medelijden: meid, waar moet jij de winter op doorkomen?
| |
|
Bewustzijn voorop
Volgens Mekel is de discussie over het vergroten van biodiversiteit goed op gang. Ook vindt hij dat het berm- en natuurbeheer flink aan het verbeteren is ten opzichte van het traditionele berm- en natuurbeheer dat zich sinds de jaren zestig, zeventig heeft ingezet. 'Er wordt inmiddels al meer goeds dan kwaads gedaan,' zegt hij. 'Maar je kunt feitelijk heel snel een beetje ecologische winst behalen, ook al door om en om vijfhonderd meter te maaien en vijftig meter te laten staan. Toch blijft dat: "gewoon maar ergens vijftig meter laten staan". Men kan nog veel gerichter werken en daarmee nog veel méér winst behalen. Er zijn bijensoorten met een actieradius vanaf hun nest van 25 meter. Door niet goed te kijken, kun je ze vernielen.'
Basiskennis om gefaseerd, kleinschalig maaien makkelijk en haalbaar te maken
Wat Mekel als oplossing ziet, is dat iedereen binnen het beheer, van de persoon op de trekker tot degene die de bestekken schrijft en de toezichthouder, een bepaald bewustzijn creëert over biodiversiteit. 'Zij hoeven heus niet alle dieren- en planten te herkennen,' zegt hij. 'Dat kan ook helemaal niet: er zijn 80 stuifmeelspecialisten onder de 360 inheemse bijensoorten, die alle tot een bepaalde plant worden aangetrokken. Maar liefst 2400 soorten nachtvlinders hebben hun specifieke waardplanten. Ook andere diersoorten die in de bermen kunnen leven, hebben voorwaarden. De belangrijkste waardplanten kennen, is wel een pre. Deze basiskennis combineert men vervolgens met kleinschalig en gefaseerd maaien. Dan is er in één klap al een hoop meer winst behaald. Vanuit die haalbare, eenvoudige basis kan men het beheer naar behoefte specifieker gaan maken.'
Winst
Complex maakt natuurlijk ook duur. Mekel reageert: 'Duur? Dat valt relatief mee. Bovendien, als we straks al onze voedselgewassen met kwastjes of drones moeten bestuiven omdat er geen insecten moeten zijn, dan is dát pas duur. Bovendien, hoelang kunnen we doorgaan met het uitroeien van soorten? Stel dat je regelmatig met het vliegtuig gaat. Op een dag zie je iemand bouten uit het vliegtuig draaien. Je vraagt hem of hij helemaal gek geworden is. Die man zegt: "Ach, een paar bouten geeft niet. Ik kan ze omsmelten en er flink geld voor krijgen." Inderdaad kom je heelhuids op je bestemming aan. Een volgende keer zie je dezelfde man bezig en je denkt: de vorige keer ging het ook goed, dus het geeft niet. Op een gegeven moment gaat het mis en is er niets meer aan te doen. De bouten zijn omgesmolten.'
Mekel concludeert: 'De winst van kleinschalig, gefaseerd maaien zit 'm niet in de portemonnee van de mens, maar in de vergroting van de biodiversiteit en het succesvol voortbestaan van al die bijzondere flora- en faunasoorten.'
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
|
|
|
roel Jongsma
Monday 9 January 2023 |
|
Wat een mooi en praktisch stuk. ga ik binnen mijn werk verder mee aan de slag Groen in bezit van woningbouwvereniging. bedankt |
|
|
Tip de redactie
|
|
Iedereen kan gratis kleine advertenties plaatsen via zijn eigen account.
|
|
|
|