Whatsapp Facebook X LinkedIn Instagram RSS feed

Data-analyse van ruimtegebruik?

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Madeleine Frelier, OBB speelruimtespecialisten, vrijdag 22 mei 2020
312 sec


Data voor buitenruimteplan - de boodschap: data-analyse goed voor gefundeerde beleidsadviezen

Kunnen vrije en vluchtige activiteiten zoals bewegen, spelen, sporten en ontmoeten gevat worden in kwantitatieve en kwalitatieve data, om hiermee beleidskeuzes te maken? OBB ging voor een gemeente aan de slag om relevante beweegdata in beeld te brengen en gebruikersgegevens te verzamelen. Het doel is om te komen tot een buitenruimteplan. Hierin komen richtlijnen voor inrichting en maatwerkadviezen per kern, die gebruikers van de openbare ruimte stimuleren tot meer bewegen en ontmoeten.


Het idee uit het buitenruimteplan - iedere buurt moet uitdagen tot bewegen en ontmoeten - laat ons met een andere blik kijken naar de aanwezige voorzieningen, routes en ruimtes. We kijken niet alleen naar kansen voor kinderen en jongeren, maar ook voor mensen die een rondje met de hond willen lopen of die minder mobiel zijn. We kijken naar de overeenkomsten tussen deze groepen en naar de manier waarop zij gebruikmaken van de openbare ruimte. Dit brengt meteen de knelpunten aan het licht als het gaat om beperkingen in de ruimte. Om een beeld te krijgen van de ruimte en de voorzieningen die er zijn, is een uitgebreide data-analyse van de beschikbare gegevens gemaakt. Deze combinatie van gegevens laat zien waar veel ruimte is en/of voorzieningen zijn of juist een tekort daaraan. De data die we combineren, zijn gegevens uit de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT), over straatmeubilair, over speel- en sporttoestellen, over bevolkingsopbouw en gebruiksinformatie van bewoners.
De informatie over het gebruik van de voorzieningen is verzameld door middel van interviews met kinderen, senioren, mensen met een handicap en rondgangen met schoolkinderen door de buurt. Daarnaast is er onder alle inwoners een digitale enquête uitgezet via een online tool, waarin ook geografische gegevens zijn verzameld.


Bevolkingsopbouw

Om een eerste indruk te krijgen van de gebruiksdruk op de ruimte en voorzieningen, is een analyse van de bevolking naar leeftijd gemaakt. Het percentage kinderen (onder de 20 jaar) verschilt in de bebouwde kom (zie figuur 1). Bij de hogere percentages kinderen is het duidelijk dat deze groep een grotere claim legt op de openbare ruimte om te spelen, sporten en ontmoeten. Ook het percentage senioren (ouder dan 65 jaar) verschilt per buurt. Zij hebben, misschien nog wel meer dan zelfredzame volwassenen, behoefte aan een goed ingerichte groene openbare ruimte die kansen biedt voor bewegen en ontmoeten, waar mogelijk gecombineerd met andere doelgroepen zoals kinderen en jongeren.
Tevens is de dichtheid van de bevolking van belang voor de druk op het gebruik van de ruimte en voorzieningen. Dit verschilt van acht bewoners per hectare tot 51 binnen de bebouwde kom in deze gemeente. Binnen de groep van 0- tot en met 18-jarigen verschilt die verdeling ook sterk per buurt. De nieuwbouwwijken springen er duidelijk uit met een hoog percentage jonge kinderen (0- tot en met 5-jarigen), terwijl in de wat oudere buurten de kinderpiek (percentage 0- en met 5-jarigen) alweer voorbij is.


Figuur 1: Verdeling bevolking naar leeftijd en buurt
Figuur 1: Verdeling bevolking naar leeftijd en buurt
Figuur 2: Verdeling 0-18-jarigen naar leeftijdsgroep en buurt
Figuur 2: Verdeling 0-18-jarigen naar leeftijdsgroep en buurt

Ruimtes in kaart gebracht

Door alle grote ruimtes voor bewegen en ontmoeten in kaart te brengen, wordt duidelijk zichtbaar waar veel ruimte is en waar veel voorzieningen zijn, maar ook hoe die verspreid liggen over de buurt en dus al dan niet voor iedereen makkelijk bereikbaar zijn. Voor de jongste doelgroep en minder zelfstandige volwassenen en senioren is het belangrijk dat er groene en grijze ruimtes beschikbaar zijn die te voet en per fiets bereikbaar zijn. Zo is te zien dat voorzieningen zoals (sport)parken en het centrumgebied centraal liggen, maar dat de basisscholen meer geclusterd zijn, net als de supermarkten. De speelplekken liggen goed verspreid, maar in één oogopslag is te zien dat de oppervlaktes van die plekken vooral in de oudere buurten een stuk kleiner zijn.


Figuur 3: Voorzieningen
Figuur 3: Voorzieningen
Zowel de informele als de formele ruimte om te spelen, bewegen en ontmoeten verschilt sterk per buurt. Te zien is dat in nieuwe buurten veel groen aanwezig is, maar dat de gebruiksdruk (het aantal bewoners) ook een min of meer gelijkwaardige verdeling van speelruimte in het groen noodzakelijk maakt. In de oudere wijken zijn minder voorzieningen zoals parken en grote oppervlaktes met speelplekken. Hoewel hier minder kinderen wonen dan in de nieuwere buurten, is de druk op de speelvoorzieningen hier hoger.

Figuur 4: Verdeling waarde, aantal toestellen en oppervlakte speelplekken per buurt
Figuur 4: Verdeling waarde, aantal toestellen en oppervlakte speelplekken per buurt

Gebruik van routes

Om een ommetje te maken, lopend of fietsend, al dan niet met hond, wordt veel gebruikgemaakt van routes die langs een park lopen, een mooi uitzicht bieden en 2 tot 5 km lang zijn. Dit wordt door gebruikers aangegeven in de enquête. Met de fiets ben je er dan even tussenuit; lopend geeft dit de mogelijkheid om een halfuur tot een uur onderweg te zijn. Voor nieuwe routes wordt dan ook geen andere lengte gewenst dan die van de al bestaande routes. Ze bieden soms een iets kortere, soms een wat langere afstand, die meer aansluit op de behoefte van dat moment. Parken en ander groen (in het buitengebied) zijn van belang, maar andere voorzieningen zoals centrumgebieden of sportparken lijken geen aanknopingspunt te zijn voor een route. Op de volgende kaart is te zien wat de meest gebruikte routes zijn voor een ommetje en waar de gewenste routes liggen.


Figuur 5: Routes van ommetjes
Figuur 5: Routes van ommetjes
Figuur 6: Samenvatting veel gebruikte routes en wensen voor nieuwe routes
Figuur 6: Samenvatting veel gebruikte routes en wensen voor nieuwe routes

Chillen en spelen

Om te chillen of te sporten, zijn vaak geen speciale voorzieningen nodig. Een balletje trappen kan bijvoorbeeld op een grasveldje. Een beetje chillen met elkaar kan ook prima ergens op een talud of trapje; er hoeft niet per se een bankje te staan. Natuurlijk zijn speciale voorzieningen of ruimtes hiervoor wel echte trekkers. In de kernen van deze gemeente zijn de sportparken grote trekkers als het gaat om het gebruik voor sporten en chillen. Dit is ook te zien in deze kern. Opvallend genoeg trekt het centrumgebied veel minder, maar de waterkant en het park juist weer meer.
Voor spelen geldt: dat kan overal en altijd. Spelen kan net zo goed in je eigen achtertuin als in een grote speeltuin, in het park, tussen schuren of op het schoolplein. Wel kunnen leuke en aantrekkelijke speelplekken meer kinderen trekken en uit een grotere omgeving. Dat kan ook een natuurlijke speelplek zijn, zoals een grote klimboom in het park. Te zien is dat kinderen en hun ouders niet echt duidelijke grote speelplekken aanwijzen. Uit de rondgangen met de basisschoolkinderen blijkt dat hooguit slechts vijf plekken als echt aantrekkelijk worden gezien, vaak niet eens dankzij de inrichting van de plek zelf, maar meer omdat er veel andere kinderen aanwezig zijn.


Figuur 7: Gebruikersinformatie over plekken waar kinderen chillen, spelen en sporten
Figuur 7: Gebruikersinformatie over plekken waar kinderen chillen, spelen en sporten

Conclusie

Niet alle activiteit op het gebied van bewegen, spelen, sporten en ontmoeten is in kwantitatieve data te vatten. Er wordt toch wel bewogen, gespeeld, gesport en ontmoet, of er nu voorzieningen en ruimtes voor ingericht zijn of niet.
Bepaalde voorzieningen om te ontmoeten, sporten en spelen zijn echter wel goed aan te wijzen en kunnen vergeleken worden met bevolkingsgegevens. Met data van de BGT kan op kaart goed aangegeven worden waar voet- en fietspaden liggen. Het is echter moeilijk vast te stellen wat een goed ommetje is; een kleine oversteek over een grasveld of een stukje langs een drukke weg om een rondje compleet te maken is zo gedaan.
Bij data-analyse is een juiste interpretatie van de gegevens essentieel. Op basis van de verzamelde gegevens is met gezond verstand vaak goed aan te wijzen wat geschikte routes voor ommetjes zijn. Uit deze snelle scan blijkt dat goed ingerichte routes en ruimtes van voldoende omvang vaker en intensiever gebruikt worden. Dat maakt het (in)plannen van maatregelen en de verdeling van middelen eenvoudiger. Goed inzicht in kwantitatieve data is daarom de eerste stap op weg naar verbetering.


Bevolkingsdata: gemeente, 2020
Basisschool adressen: Dienst Uitvoering Onderwijs, 2020
Speeltoestellen: gemeente, 2019
Straatmeubilair: gemeente, 2020
Oppervlaktes voorzieningen: OBB, 2020
Gebruikersinformatie: enquête OBB, 2020
BRT achtergrondkaart: PDOK, 2020

aantal inwoners: 22.000
aantal respondenten: 1350
• basisschoolleeftijd 251
• tieners 282
• 65+ ers 136
• met handicap 7
aantal kaartreacties met toelichting: 1825
aantal vertakkingen primair: 7
aantal vragen in de enquete: 80
aantal vertakkingen secundair 25
aantal uploads foto's in het veld: 12
gemiddelde invultijd (sec): 700

Om te kunnen reageren moet je zijn ingelogd.   LOGIN   of maak gratis een account aan.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie


ONDERDELEN
Archief
Dossiers
GIP
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER